Grip is het vermogen van een wiel of band om op de ondergrond te blijven bewegen zonder te glijden. Dit is vooral belangrijk als het oppervlak glad is, zoals bijvoorbeeld op sneeuw.
Waarom is grip belangrijk?
Uw banden zorgen ervoor dat de energie van uw voertuig op het wegdek wordt overgebracht en dat de auto zo wordt voortbewogen. Hoe beter de grip, hoe vlotter de beweging.
De grip van banden wordt getest en gemeten in droge en natte omstandigheden, omdat sommige profielen en compounds uitmunten op een droog wegdek, terwijl andere beter presteren in winters weer.
Voldoende grip houden is het moeilijkste in de winter, wanneer ijs en sneeuw de wegen glad maken en banden zich minder goed kunnen vasthechten.
Wat beïnvloedt de grip?
Veel factoren hebben een invloed op grip, zoals bijvoorbeeld de grootte van het contactoppervlak tussen de band en het wegdek. Bij een bredere band is dat contactoppervlak groter en dus heeft die (theoretisch) meer grip. Maar er zijn nog elementen die een rol spelen, onder meer de hoogte-breedteverhouding, het profiel, de compound en de spanning van de band.
Als men de originele wielen en banden vervangt door wielen met een grotere diameter en banden met een smallere zijwand (plus-sizing), wijzigt dat de hoogte-breedteverhouding van de band en vergroot het contactoppervlak. Dat is ook het geval bij bepaalde profielen met grotere blokken voor meer grip. Een zachtere compound en/of een lagere bandenspanning zorgt eveneens voor meer contact.
Hoe is de grip bij winterbanden?
Bij winterbanden is extra breedte eerder een nadeel dan een voordeel, omdat een groter contactoppervlak resulteert in minder druk op het wegdek. Het gewicht van de auto wordt immers over dat grotere oppervlak verdeeld. Bredere banden kunnen niet zo gemakkelijk door de sneeuw ploegen als smallere. Om de verminderde voortstuwing te compenseren, hebben winterbanden grotere profielblokken en extra lamellen (kleine groefjes), waarmee ze meer grip hebben op winterse wegen en opgehoopte sneeuw wegduwen.
Bij winterbanden is de compound en het profiel belangrijker voor de grip dan de breedte.
Wat levert winterbanden hun extra grip?
De compound van winterbanden bevat meer natuurrubber dan bij andere banden, waardoor ze flexibeler blijven bij temperaturen van minder dan 7 °C. Dit type rubber heeft een veel lagere glastemperatuur dan het rubber van zomer- of 4 seizoenenbanden. De glastemperatuur is de temperatuur waarbij de eigenschappen van een polymeer (zoals in een band) wijzigen, waardoor het hard en bros wordt. Daarom breekt plastic dat in de winter buiten blijft, zo gemakkelijk. Dus terwijl andere banden bij lage temperaturen hard worden, blijven winterbanden soepel, waardoor ze een groter contactoppervlak met het wegdek hebben, minder sneeuw doen ophopen en meer grip bieden.
De zachtere compound beperkt de remweg aanzienlijk en de smallere profielblokken met diepere groeven buigen gemakkelijker, waardoor ze kleinere oneffenheden op het wegdek opvangen en de grip verder verbeteren.
En de diepte en het patroon van het profiel?
Winterbanden zoals de Uniroyal MS 77 Plus of Snow Max 2 hebben een grotere profieldiepte dat bedoeld is om droge sneeuw te verzamelen. Dit verbetert de grip door de extra wrijving van sneeuw op sneeuw.
Dat heeft te maken met het verband tussen het vriespunt of smeltpunt van ijs en zowel temperatuur als druk. Denk aan een sneeuwbal: als u daar hard op drukt, ontstaan ijsverbindingen. Als een band veel sneeuw vasthoudt, gebeurt hetzelfde, en dat bevordert de grip.
De lamellen of kleine kanaaltjes in de profielblokken zorgen er dan weer voor dat water, smeltende sneeuw en dunne sneeuw wordt afgevoerd. Als de band rijdt, worden deze lamellen in de sneeuw geduwd. Als de band buigt, openen de lamellen en bijten ze sneeuw en ijs als het ware in kleine stukjes.
