Gelukkig hebben we tegenwoordig nog maar zelden bandenpech: maar met een platte band is de mobiliteit ernstig beperkt en kan niet meer veilig worden doorgereden. Want zodra een conventionele band lucht verliest, bestaat het gevaar dat de zijkant van de band tussen het wegdek en de velg wordt ingeklemd. In het ergste geval hebt u een klapband. Maar in elk geval moet u het reservewiel monteren. Doorrijden is uitgesloten. Runflat-banden, ook thuisbrengers of banden voor noodgevallen genoemd, kunt u echter zonder stress en veilig reageren op bandenpech.
Wat zijn Runflat-banden? Hoe functioneren Runflat-banden?
Runflat-banden zijn bestemd voor noodgevallen of pech. Ze maken het reservewiel en de krik overbodig. Runflat-banden onderscheiden zich in tegenstelling tot conventionele banden met zelfdragende, versterkte zijwanden die de band bij drukverlies – bijvoorbeeld bij bandenpech – ondersteunen. Bij pech verhindert dit dat de zijkant van de band tussen het wegdek en de velg ingeklemd wordt.
- Run-flat – wat is dat eigenlijk?
Runflat-banden zijn banden voor noodgevallen of voor pech onderweg, met versterkte zijwanden die het reservewiel en de krik bij pech overbodig maken.
- Hoe kan ik Runflat-banden herkennen? Waar staat Runflat?
Runflat-banden zijn herkenbaar aan de aanduiding "F" op de zijwand van de band. Banden met deze aanduiding hebben in een test aangetoond dat ze bij panne nog bruikbaar zijn. De "F" bevindt zich binnen het opschrift op de zijkant, vóór de vermelding van de velgdiameter, zoals bijvoorbeeld: 205/55 RF 16.
Daarnaast wordt het algemene symbool – dat qua vorm lijkt op een slak – ook op de zijwand aangebracht. Bovendien krijgen alle Runflat-banden een specifiek opschrift van de banden- of autofabrikant op de buitenzijde van de band. (Raadpleeg hiervoor ook de alinea "Aanduiding Runflat-banden" hieronder.)
- Wie mag Runflat-banden monteren?
De vakhandel mag Runflat-banden monteren of demonteren. Monteurs moeten speciaal geschoold en gecertificeerd zijn voor de vakkundige omgang met banden voor noodgevallen.
Waarom Runflat-banden? Voordelen van Runflat-banden
Met een Runflat-band kunt u ondanks bandenpech verder rijden en de controle over de besturing van de auto bewaren. Met een lagere snelheid van maximaal 80 km/u kunt u na een bandenpech nog altijd een afstand van 80 kilometer overbruggen. Zo bereikt u met bandenpech toch nog onmiddellijk de eerstvolgende werkplaats. Ongewenst stoppen aan de rand van een straat met veel verkeer, of het moeizame vervangen van de band worden zo overbodig. De vaak ingewikkelde vervanging van een wiel langs de weg – eventueel in de stromende regen of bij sneeuw kunt u vermijden. Bovendien is het niet meer nodig een compleet reservewiel in de auto te vervoeren zodat extra bagageruimte beschikbaar wordt. Ook het gewicht van uw auto neemt af.
Nadelen van Runflat-banden
Runflat-banden zijn een beetje zwaarder dan gewone banden. Hun gewicht bedraagt ongeveer 0,3 kilogram meer per band in vergelijking met een gangbaar model. Bovendien zijn de kosten van aanschaf van een Runflat-band iets hoger dan bij een conventionele band. Maar de aanschaf betaalt zich vooral terug als de auto standaard al was voorzien van Runflat-banden en er derhalve geen reservewiel of een bandenreparatieset in de auto voorzien zijn.
Aanduiding Runflat-banden
Runflat-banden zijn herkenbaar aan de aanduiding op de zijkant van de band.
Banden die in een test hebben aangetoond dat ze bruikbaar zijn bij bandenpech. Banden die deze eigenschap hebben bewezen in een test, krijgen de aanduiding "F" vermeld vóór de nominale diameter van de velg, bijvoorbeeld: 205/55 RF 16. Daarnaast wordt het algemene symbool – dat qua vorm lijkt op een slak – ook op de zijwand aangebracht.
Bovendien krijgen alle Runflat-banden een specifiek opschrift van de banden- of autofabrikant op de buitenzijde van de band. De meeste fabrikanten hebben een eigen aanduiding voor banden met eigenschappen voor noodgevallen. De meest gangbare afkortingen voor Runflat-banden zijn: RFT, CSR, DSST, HRS, EMT, ROF, SST, ZP, XRP.
De Runflat-banden van Uniroyal en Continental heten SSR-banden. De afkorting SSR staat hierbij voor Self Supporting Runflat-banden.
De achtergrond van de aanduiding is een aanvulling op de ECE-R 30 (Economic Commission for Europe Regulation 30), die sinds 19 januari 2006 van kracht is en de markering en keuring van zelfdragende banden reguleert.
Self Supporting Runflat (SSR)-banden van Uniroyal
De Runflat-banden van Uniroyal heten Self Supporting Runflat-banden, afgekort tot SSR-banden. De banden met technologie voor noodgevallen zijn voor de Uniroyal zomerbanden RainSport 3 SSR verkrijgbaar in acht maten.
Technische voorwaarden voor Runflat-banden
In het algemeen geldt dat alleen auto's mogen worden voorzien van Runflat-banden, resp. SSR-banden, waarvoor dit door de autofabrikant voorzien is. Bovendien is voor het gebruik van Runflat-banden voorgeschreven dat de betreffende auto beschikt over een controlesysteem voor de bandenspanning (TPMS). Dit is nodig omdat men als bestuurder van een auto met SSR-banden een eventuele bandenschade of drukverlies niet onmiddellijk merkt. Voor het gebruik van Runflat-banden is het bovendien aan te bevelen dat de betreffende auto beschikt over een elektronisch stabiliteitsprogramma (ESP).
Montage van Runflat-banden
Runflat-banden kunnen op marktconforme H2-velgen gemonteerd worden. Tegelijkertijd moeten specifieke adviezen van de betreffende autofabrikant in acht worden genomen.
Er moet gekozen worden voor montage van Runflat- dan wel standaardbanden. Het monteren van de banden in combinatie met elkaar – ook als dit per as gebeurt – wordt afgeraden.
Uniroyal adviseert om veiligheidsredenen defecte, of reeds met bandenpech gebruikte Runflat-banden niet te repareren of verder te gebruiken.
Dealers die Runflat-banden willen monteren en demonteren, moeten zich laten scholen en certificeren voor de vakkundige omgang met deze banden voor noodgevallen.